Ingrediënten
9 citroenen
1600g suiker
1 eetlepel geschilde- en gerapste gember
1 eetlepel gekonfijte gember, fijn gesneden
500ml vers citroensap
Methode
Neem een weckketel en vul deze voor 75% met water, breng dit aan de kook.
Was een paar potten in een warm zeepsop en spoel deze af met warm water.
Giet kokend water over de potten in de pan, haal die van het vuur af.
Laat deze staan tot je ze nodig hebt. Giet deze goed af voordat je ze vult.
Snijd de onderkantjes van de citroenen af.
Snijd de citroenen zo dun mogelijk.
Plaats de plakjes citroen in een grote pan en voeg daar 2 liter water aan toe.
Breng dit aan de kook op een medium-hoog vuur.
Kook dit voor ongeveer 15 minuten, roer regelmatig.
Haal dan de pan van het vuur.
Giet het mengsel over in een maatbeker en noteer hoeveel citroen en vocht je in totaal hebt.
Giet het mengsel weer over in de pan.
Voeg voor elke 250ml citroen met water en sap 250 gram suiker toe.
Roer het citroensap.
Breng dit mengsel aan de kook op een medium hoog vuur, laat dit koken voor zo’n 10 minuten.
Voeg de verse gember toe en laat dit door koken tot het mengsel verdikt, dit duurt zo’n 10 tot 15 minuten.
Voeg nu de gekonfijte gember toe.
Vul hierna meteen de potten met de marmelade, vul deze tot ongeveer 1,5 centimeter van de rand.
Veeg de randen van de potten schoon en plaats de dubbele deksels.
Plaats de potten in een rekje en plaats deze in de weckketel, laat deze zakken tot de deksels ongeveer 3 centimeter onder water zijn.
Laat het water rustig koken op een laag vuur.
Laat de potten ongeveer 10 minuten staan in het rek. Haal ze daarna uit de weckketel.
Leg de potten rechtop op een theedoek.
Als de potten zijn afgekoeld kan je checken of het conserveren goed is gegaan, druk met je vinger op het midden van de pot, als de pot mee veert en terugspringt is er iet sniet goed gegaan en moet je de marmelade in de koelkast bewaren.